Reisverslag 1995
Noodhulp ex-Joegaslavië
Begin Januari 1995 bereikte een noodkreet uit Joegoslavië de stichting Hulp Oost Europa uit Barneveld om voedsel en hulpgoederen.Zij vroegen de Werkgroep Oost Europa om hulp. Naar een vergadering is er besloten om er een Krimpener- en Lopikerwaard actie van te maken.Onder het motto ‘Noodhulp Joegoslavië’ werden de weken er op diverse acties gehouden door de vijftien hervormde gemeentes die deelnamen aan deze actie.
Verschillende acties zoals: Flesseninzamenling op scholen en huis aan huis, Inzameling van kleding en voedselpakketten, Ontbijt op bed, Auto’s wassen en een Regionale Zangavond brachten bij elkaar 160 m3 hulpgoederen op. Dat wil zeggen twee vrachtwagens vol.
Zelf was ik één van de chauffeurs die een vracht hulpgoederen weg mocht brengen. Op een Zaterdag begin mei 1995 zijn wij begonnen met het inladen van de eerste auto. Maandag morgen om een uur of 00.30 zijn wij vertrokken vanaf lopik richting Kroatië. Naar een voorspoedige reis kwamen wij om ongeveer 19.00 aan de grens van Slovenië/Kroatië naar wat heen en weer geloop en gepraat konden wij de grens niet over, omdat de juiste ambtenaar er niet was een zogenaamde dokter die een stempel moest geven op de documenten omdat wij levensmiddelen bij ons hadden. Naar een maaltijd en een drankje zijn wij gaan slapen om de reis de volgende morgen voort te zetten naar Puscine, waar wij Bratoljub Horvat ontmoeten. Na kennismaking en het inklaren van de goederen zijn wij samen met hem verschillende opvangcentra’s af gegaan.
Als eerste zijn wij naar een zigeunerkamp geweest. Het geen wat wij daar te zien kregen ligt nu anno 2001 nog vers in mijn geheugen. Gezinnen die met 8 mensen in een huisje leefden van circa 25 m2, dat is dus woonkamer, slaapkamer en keuken in één en als ik u vertel dat de varkens hier in Nederland nog een mooier onder komen hebben dan zij, dan hoef ik u verder niks te vertellen denk ik.
Later die dag zijn wij naar een voormalig kazerne gegaan waar vluchtelingen onderdak zochten. Vrouwen van 80 jaar die alleen nog maar een “Big Shopper” aan spullen hebben. Kinderen zonder Ouders en noem maar op. De kazerne kunt u zien als een groot gebouw met grootte kamers. Deze kamers waren verdeeld in kleine kamers van circa 10 m2 en nou moet u niet denken dat dit echte kamers waren Néé dit waren hokjes af gezet met van die ziekenhuis gordijnen.Als je dan hoort dat sommigen daar al meer als drie jaar zo wonen, dan ga je beseffen wat een OORLOG allemaal teweegbrengt.
’s Avonds bij Bratoljub Horvat troffen wij een jongen met de naam Jasmijn van 21 jaar jong slechts 1 jaar jonger dan ik zelf. Hij vertelde ons dat hij gevlucht was uit Servië vandaan. Hij had zelf in het serviëse leger gezeten waar hij de vreselijke dingen had mee gemaakt. Soldaten die jonge vrouwen misbruikte en andere wrede dingen. Zelf was hij meerdere malen door een kogel gewond geraakt. Eén keer was een kogel zelfs twee vingers bij zijn hart vandaan zijn lichaam binnen gedrongen.Op een dag besloot hij te vluchten naar Kroatië dit was een reis van 800 km door oorlogsgebied en bergen dit alles moest te voet gedaan worden.
Dit betekende ook dat hij geen identiteit meer had. (Dus eigenlijk niet meer bestond) Zo kwam hij op een dag bij het huis van Bratoljub Horvat aan.Jasmijn helpt nu Horvat met het uitdelen van goederen.
Naar een onrustige nacht (wij dachten dat het onweerde) bleek dat die nacht Zagreb weer eens was gebombardeerd. Dit was dus ongeveer 40 km bij ons vandaan. ‘s Morgens hebben wij afscheid genomen van een ieder die wij daar hadden ontmoet en zijn weer richting Nederland vertrokken met een hele andere kijk op de dingen die voor ons in ons vredige landje zo gewoon zijn en dat er slechts 1100 km van ons bed zoveel armoede en verdriet heerst.
Eind Juni vertrok er nog één vrachtwagen met hulpgoederen uit stolwijk vandaan.
Roel Versluijs en Gert van Eckeveld